Carmenère zou je kunnen beschouwen als dé Chileense druif, hoewel afkomstig uit de Bordeaux waar deze druivensoort geheel verdrongen is door de Merlot. Carmenère wordt vaak als bijna synoniem beschouwd met Merlot. Er zijn inderdaad overeenkomsten tussen deze twee druivensoorten wat betreft hun smaak in de wijnen. Niet in de laatste plaats omdat in Chili beide druivensoorten decennia lang in mixed-fields samen stonden aangeplant en werden tegelijk geoogst. Een “monocépage-Carmenère” bleek dan vaak feitelijk een blend te zijn van beide druivenrassen. De Carmenère rijpt echter grofweg een maand later af dan de Merlot. Kritisch is daarbij dat deze druif pas zijn potentie afgeeft bij volledige rijping en helemaal niet tegelijk met de Merlot geoogst kan worden. Tegenwoordig worden deze druivensoorten dan ook in afzonderlijke plots aangeplant. Eventuele latere assemblages van beide soorten geeft dan een veel betere kwaliteit. Afzonderlijk geeft goed-gerijpte Carmenère heerlijke rode wijn met complexe aroma’s van chocola, koffie, specerijen en donker fruit, aangevuld met zachte, ronde tannines.