Sangiovese

Sangiovese is een rode druivensoort die overwegend in centraal Italië wordt verbouwd. Ooit werd deze druif aangewezen om de concurrentie met Bordeaux aan te gaan, maar daar mist de druif de constante factor voor. de weerbarstigheid qua groei-omstandigheden, de verschilllende terroirs waarop de druif groeit in Italië en de verschillende klonen die er van zijn. Maak daar maar eens een coherent verhaal van.

Op slechts enkele plaatsen in Italië heeft deze druif zijn beroemde status volledig waar kunnen maken en dat is in het Toscaanse Chianti, Montalcino en Montepulciano. In de Chianti-streek zijn de Rufina en Classico de beste. De Brunello di Montalcino is wereldberoemd en de Vino Nobile de Montepulciano volgt kort daarop. Vanwege de hoge status van deze wijnen is de Sangiovese ook elders in de nieuwe wereld in verschillende landen geprobeerd, maar nergens met groot succes. Er zijn gemakkelijkere druiven waar goed mee te scoren valt, zoals de Cabernet Sauvignon, Merlot of de eveneens Italiaanse druif, de Primitivo uit Puglia die in de VS succes heeft onder de naam Zinfandel.

Omdat de Sangiovese wat kleur mist wordt deze meestal wat aangevuld met een andere krachtige en kleurende druivensoort als Cabernet sauvignon, Syrah of Canailolo. Buiten Toscane, bijvoorbeeld in Umbrië wordt de druif vaak gemengd met de Sagrantino. Alleen in Montalcino schrijft de DOCG voor dat de Brunello volledig uit Sangiovese moet bestaan.

De smaak van Sangiovese is het best als bitterzoet te omschrijven. We treffen ook tomaat aan, viooltjes, kruiden en thee. Meest kenmerkend is toch wel het zuurtje in de smaak. Deze is altijd aanwezig, of het om een jong te drinken, niet- houtgerijpte versie of om een houtgerijpte versie gaat. De beste bewaarwijn is misschien toch wel de Brunello di Montalcino. Een Sangiovese is bij uitstek een gastronomische wijn. Geweldig bij rood vlees, tomatengerechten en kazen.

Scroll naar boven